Een naam kiezen.

Ach heden, mijn zoon, mijn lieve kleine zoon,
ik heb je gebaard. 
Jij 
zo ondersteboven,
zo jammerend over de wereld,
met zijn veel te zware muren.
Eerst alles belofte, nu niets dan liefde.
Geen muren te zwaar om alles vast te houden.
Geen diepte te diep, voor alles wat je in je draagt.

Ik?
Ik heb je lief, ik heb je lief,
niet eens wetend, van wie of wat ik nou precies hou.
Volkomen onwetend,
geef ik de geschiedenis de kracht van jouw naam.
Ik tover maar wat, ik tover maar wat,
klunzig en klungelig roep ik wat onbekende geesten op,
die mij dan antwoorden, vast en zeker.
O, nee, jij neemt het woord, jij temt de woorden.

Net als het geschenk van het leven zelf,
neem je die oude, vreemde naam aan,
die je eerder nou net niet koos;
nee, je maakt hem nieuw.
Jij en je naam wisselen als het ware, hun krachten uit,
geschiedenis verandert,
wordt meer en meer de jouwe
wie jouw naam roept, roept jou.

Vat vol vrede, vat vol beloftes,
en ik maar gieten, ik maar gieten,
ongegrond de diepte in.
Teer schip, te water gelaten met een sjaal als zeil,
met een roerganger en met een trillende kompasnaald
die de balans bewaart tussen vrees en vertrouwen.

Ik zie je verbaasde staren, je verwondering
waarmee je schijnt te willen zeggen:
ik leef, ik ben, ik ben
niet verloren tot alles verloren is.

En dan zeg je, in Gods aangezicht:
ik ben het,
ik ben niets.
En dat je dan, zonder naam en zonder spraak,
ten langen leste een thuis vindt,
een thuis vindt dat niet het mijne is.


Choosing a name van Anne Ridler, vrij vertaald door Wordbites.